Wine not? La Rioja
Speciaal voor de wijnliefhebbers plaatsen we vanaf nu regelmatig een wijnregio in een van onze landen in de kijker. We trappen onze reeks Wine Not? af met een klassieker, de Spaanse regio La Rioja!
Ligging
Het wijngebied Rioja ligt in de Autonome Spaanse Gemeenschap La Rioja. De regio leent zich uitstekend voor wijnbouw, dankzij de trechtervorm van de Ebrovallei en de kleierige, kalkachtige grond. Bovendien wordt het gebied in het noorden begrensd door bergketens, die bescherming bieden tegen regen en zeewind.
Erkende status
Riojawijn was de eerste wijn in Spanje die een kwaliteitslabel kreeg. Dat gebeurde in het jaar 1926.
De voorwaarden om aan dat label te voldoen, werden in 1991 nog verstrengd, omwille van de uitmuntende kwaliteit van de wijn.
Geschiedenis
De eerste commerciële bodega in deze regio werd in 1852 gesticht door de Markies van Murrieta (Marqués de Murrieta).
Tussen 1850 en 1860 heerste de Phylloxera-epidemie in Frankrijk. De druifluis verwoestte ontelbare Franse wijngaarden, waardoor vele Fransen naar Spanje kwamen om druiven te kopen en om zich daar te vestigen.
Rond 1890 was La Rioja een belangrijke speler op de internationale wijnmarkt, mede door de Phylloxeraplaag in Frankrijk.
Tegen het einde van de 19e eeuw, was er echter een middel ontdekt tegen Phylloxera, waardoor veel Fransen terugkeerden naar hun land en bovendien had Phylloxera ook La Rioja bereikt, waardoor de hoogdagen van de Riojaanse wijnen rond 1900 even voorbij waren.
De wijnregio kende weer tijdelijk een opleving in het begin van de jaren 30, maar verscheidene oorlogen remden de wijnindustrie opnieuw af. Na het toetreden tot de Europe Gemeenschap en de implementatie van moderne technieken, werd riojawijn opnieuw bekend.
Druiven- en wijnsoorten
Rode wijnen worden het vaakst gemaakt van de druivensoort Tempranillo. Daarnaast zijn ook Garnacha tinta, Graciano en Mazuelo toegestane soorten. Een typische riojawijn bestaat voor ongeveer 60 % uit Tempranillo, maximaal 20 % Garnacha en in mindere mate uit Graciano, en Mazuelo. Elke druivensoort draagt bepaalde eigenschappen bij tot de wijn. Zo geeft de Tempranillo de wijn de mogelijkheid om te ontwikkelen en te rijpen en vormt het de kern van de wijn. Garnacha geeft de wijn zijn cachet en alcohol. Aan Mazuelo dankt de wijn zijn robuustheid en kruidenaroma's. Ook Graciano voegt extra aroma's toe aan de wijn.
Sommige bodega's mogen ook Cabernet Sauvignon verbouwen.
Witte wijnen worden het vaakst gemaakt met de druivensoort Viura. Die wordt meestal gemengd met Malvasía en Garnacha blanca. Garnach geeft wederom cachet aan de wijn, terwijl Malvasía aroma toevoegt en Viura de wijn fruitig maakt en een goede zuurtegraad geeft.
Roséwijnen worden meestal gemaakt van Garnacha.
Als je een riojawijn koopt dan zie je vaak verschillende namen op de fles staan zoals Crianza of Reserva. Maar wat betekent dat nu precies?
De eerste soort is joven. Deze wijn heeft nooit op heel kort op hout gelegen en kan een jaar na oogst op de markt worden gebracht.
Wanneer de wijn minstens 12 maanden heeft gerijpt in eikenhouten vaten en dan nogmaals minstens 12 maanden op de fles, dan spreekt men van een Crianza. Een witte Crianza vereist slechts minimum 6 maanden houtrijping en die wijn kan in het 2e jaar worden verkocht.
Als de Crianza nogmaals 12 maanden op de fles wordt gerijpt, dan spreekt men van een Reserva. Dus in totaal 12 maanden gerijpt in eikenhouten vaten en 24 maanden in de fles daarna.
Tot slot is er de Gran Reserva, die minsten 24 maanden in eikenhouten vaten moet rijpen en daarna 36 maanden in de fles.